Wij zien dat steeds meer jongeren gaan ondernemen. In deze nieuwe serie gaan we jonge ondernemers belichten. Wie zijn zij en wat drijft hen? Maar ook: waar lopen ze tegenaan, wat zijn hun plannen en hoe kijken zij naar onderwijs? In deel 1 van deze reeks: IJsmaker Thomas Lijten, 21 jaar.
Nadat hij werd uitgeloot voor een kunstopleiding, en geen plan B had, zei iemand tegen Thomas: ‘Waarom begin je geen ijssalon? Hard werken in de zomer en de rest van het jaar vrij.’ Zo opende Thomas op zijn 17e ijssalon Daisy’s in Veenendaal en draait hij deze zomer alweer zijn vierde seizoen, inmiddels met 20 jonge medewerkers.
Wanneer dacht jij: Ik word ondernemer?
‘Dat was op mijn verjaardag in de zomer, 20 juli. Superwarm, heerlijk ijsweer. Een vriend van mijn ouders heeft een ijssalon en stelde voor dat ik een weekje bij hem stage zou lopen. Van mijn machineleverancier heb ik daarna de echte kneepjes van het ijsmaken geleerd. Wij hebben nog altijd goed contact; ik leer van zijn ijskunsten en hij van mij over social media.
Hoe loopt je onderneming?
‘De zaken gaan goed. Door hard werken en zelf weinig salaris opnemen heb ik de eerste investeringen van € 100.000 binnen 2 jaar terugverdiend. Doordat ik thuis woon, heb ik weinig vaste lasten. Inmiddels heb ik de winkel uitgebreid in oppervlak en ook het magazijn en de koel- en vriescel vergroot.’
Wat vind je belangrijk in contact met klanten en medewerkers?
‘Het gaat mij niet zozeer om het ijs, ik wil vooral onder de mensen zijn. Mijn klanten en collega’s zijn als een tweede familie. Er komt bijvoorbeeld een oude dame elke dag even cappuccino bij me drinken met een sigaretje erbij. Zij is als een oma voor mij.
En verder werk ik met allemaal jonge mensen in de zaak. Die lopen tegen van alles aan: vriendjes, problemen thuis. En dan moet ik ze ook helpen met leren werken, op tijd komen, dat soort zaken. Soms voel ik me net een psycholoog.
Wat maakt jou anders dan de rest?
‘Ik vind het mooi om steeds weer te bedenken hoe je kunt verbeteren. Zo betalen onze klanten inmiddels niet meer contant, maar contactloos via iPads. Dat gaat in piektijden net wat sneller. Want hoe sneller de meisjes scheppen, hoe meer we omzetten.
Maar ook qua aanbod bedenk ik steeds nieuwe smaken als gember, monchoutaart en citroen met basilicum.’
Hoe verklaar jij dat jongeren eerder gaan ondernemen?
‘Het komt doordat de jeugd veel wil. Als je een dure telefoonrekening hebt, kun je gaan vakkenvullen. Maar je kunt óók een slim idee bedenken en van daaruit gaan ondernemen. Ik zie dat meer jongeren zo denken. Zelf heb ik veel gehad aan het netwerk van YoungCreators. Ik ben de ijssalon met hulp van deze groep gestart en haal ook wel inspiratie en contacten uit dat netwerk.
Toen ik hoorde dat ik geen vergunning kon krijgen omdat ik nog geen 21 was, plaatste ik een berichtje op de Facebook-pagina van YoungCreators. Via via kwam ik toen in gesprek met de burgemeester van Veenendaal, zelf ook ondernemer, en toen was het snel geregeld.
Heb je ook met andere hindernissen te maken als jonge ondernemer?
‘Ik kon geen zakelijke lening afsluiten bij de start en moest geld lenen van mijn ouders. En dan is er de nodige scepsis van anderen. Mensen denken bijvoorbeeld ‘hij gaat vast studeren na een jaar’, of ‘wat er als er iets gebeurt?’
We willen in Nederland graag dat mensen ondernemender worden en meer gaan ondernemen. Hoe kan het onderwijs jongeren daarbij stimuleren?
‘Ik was op de havo al aan het handelen in Chinese spullen en grafisch ontwerp voor anderen. Maar dit werd niet echt gestimuleerd. Waarom denken we wel na over het combineren van topsport met school, en doen we dat niet voor ondernemers?
Veel middelbare scholen verwachten dat je een vervolgopleiding gaat doen. Maar er is zo veel meer mogelijk! Elke stad heeft tegenwoordig wel een jonge ondernemer, hoe leuk is het als je daarmee gaat samenwerken? Zelf geef ik ook regelmatig gastlessen op scholen in de buurt. Als jonge ondernemer sta je dichtbij de leerlingen. Zij zien dat het ook anders kan: niet studeren, maar gelijk doen wat je leuk vindt. Ik heb natuurlijk wel een succesverhaal, maar ik laat ook keerzijden zien. Soms is het ook moeilijk, of zit ik er mentaal even doorheen. Omdat ik 7 dagen per week 12 uur minimaal draai, staat mijn sociale leven in de zomer op z’n kop en zie ik mijn vrienden nauwelijks.’
Wat is jouw tip aan andere ondernemers?
‘Je moet goed je momentjes van rust pakken. Dan doe ik even een boodschap tussendoor. En ik zorg dat ik goed eet. Ik heb een restaurantje om de hoek benaderd met het voorstel: als jullie voor mij koken op de lange dagen in de zomer, zet ik mijn ijs bij jullie op de kaart. Nu eet ik een stuk gezonder dan elke dag een pizza of maaltijdsalade.’
Wat zijn je toekomstambities?
‘Een ijs-imperium, dat lijkt me wel mooi. Maar eerst wil ik een tweede vestiging en we fantaseren ook over een foodtruck met ijs. Je gaat het zien!’