Over stemgedrag en stembusopkomst onder jongeren
De verkiezingen van 2025 beloven spannend te worden. Ook jongeren spelen daarin een belangrijke rol: de groep 18- tot 24-jarigen vormt een aanzienlijke groep kiezers. Van eerdere verkiezingen weten we dat jongeren vaak uitgesprokener stemmen. Daarbij zien we ook nieuwe trends: jongeren laten vaker van zich horen in demonstraties, maar tegelijkertijd neemt hun vertrouwen in de politiek af.
In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen eind oktober duiken we in het politiek gedrag van jongeren. We halen diverse onderzoeken en cijfers aan: hoe zit het met hun opkomst bij de stembus, hun politieke voorkeuren en hun vertrouwen in de politiek?
Jongeren naar de stembus
Opkomst
De vraag of jongeren gaan stemmen is elke verkiezing weer spannend. Hun opkomstcijfers lijken namelijk sterker mee te bewegen met de tijdgeest dan die van oudere generaties. Waar oudere generaties relatief trouw naar de stembus gaan (al is dat sinds de pandemie ook meer de vraag), laten jongeren een grilliger patroon zien.
- 2010: jongeren ca. 63%, totale opkomst 75,4%
- 2012: jongeren ca. 70%, totale opkomst 74,6%
- 2017: jongeren ca. 67%, totale opkomst 81,9%
- 2021: jongeren ca. 80%, totale opkomst 78,7%
- 2023: jongeren ca. 73% (18-35 jaar*), totale opkomst 77,8%
* Let op: de definitie van “jongeren” verschilt per jaar. Voor 2010-2021 gaat het om 18-24 jaar, voor 2023 om 18-35 jaar. Cijfers zijn gebaseerd op Kiesraad en NOS (2017), NOS (2023), NOS (2021).
Over het algemeen gaan jongeren dus iets minder vaak stemmen dan gemiddeld onder alle stemgerechtigden. Maar we zien ook uitschieters, zoals in 2021. Die verkiezingen vielen midden in de coronacrisis; thema’s als klimaat en wonen stonden bovenaan hun lijstje, en stemmen was laagdrempeliger (doordat je bijvoorbeeld meerdere dagen kon gaan). Die combinatie zorgde mogelijk voor motivatie, een gevoel van urgentie én een kans om echt invloed uit te oefenen.
Stemgedrag jongeren
Jongeren van 18 tot 25 jaar vormen ongeveer 1 miljoen kiezers, goed voor 8 tot 10% van alle kiesgerechtigden. Hun absolute invloed is daarmee beperkt, maar hun onvoorspelbaarheid en trendgevoeligheid maken hen wél een belangrijke factor in het politieke landschap. Vooral wanneer de opkomst hoog is, kunnen hun verschuivende voorkeuren een duidelijke richting aangeven of onverwachte wendingen veroorzaken.
Jongeren zijn geen homogene groep, en hun stemgedrag is sterk afhankelijk van context, thema’s en levensfase. Maar wat opvalt: jongeren laten zich minder leiden door partijtrouw en meer door de urgentie van issues die hen direct raken. Ze stemmen – logischerwijs – minder “uit gewoonte” en vaak uitgesprokener, soms zelfs extremer, dan oudere generaties.
Sinds 2010 vonden vijf Tweede Kamerverkiezingen plaats met wisselende uitslagen. Hier tonen we per verkiezingsjaar de top 3 van hoogst scorende partijen (met tussen haakjes het aantal zetels), in relatie tot hoe de jongeren stemden*. Daarbij tonen we per verkiezing de coalitie die werd gevormd, hoelang deze duurde en hoe het kabinet eindigde.
* Let op: de definitie van “jongeren” verschilt per jaar. Voor 2010-2021 gaat het om 18-24 jaar, voor 2023 om 18-35 jaar.
- 2010
Top 3 partijen: VVD (31), PvdA (30), PVV (24)
Jongerenstemmen: geen specifieke cijfers bekend.
Coalitie: VVD + CDA met gedoogsteun PVV (Rutte I)
Duur: 2010-2012
Einde: PVV trok steun voor bezuinigingsplannen in, kabinet viel - 2012
Top 3 partijen: VVD (41), PvdA (38), PVV (15)
Jongerenstemmen: geen aparte data; vermoedelijk VVD, PvdA en D66 populair onder jongeren (CBS)
Coalitie: VVD + PvdA (Rutte II)
Duur: 2012-2017
Einde: maakte de termijn vol - 2017
Top 3 partijen: VVD (33), PVV (20), CDA (19) – D66 ook 19
Jongerenstemmen: jongeren stemden relatief vaak op Denk, FvD en D66 (DPES/NKO)
Coalitie: VVD + CDA + D66 + ChristenUnie (Rutte III)
Duur: 2017-2021
Einde: viel door de toeslagenaffaire, kabinet bleef demissionair tot verkiezingen - 2021
Top 3 partijen: VVD (35), D66 (23), PVV (17)
Jongerenstemmen: geen volledige uitsplitsing; vermoedelijk VVD, D66 en GroenLinks-PvdA het populairst (NOS)
Coalitie: VVD + D66 + CDA + ChristenUnie (Rutte IV)
Duur: 2022-2023
Einde: viel in juli 2023 over migratie/gezinshereniging - 2023
Top 3 partijen: PVV (37), GroenLinks–PvdA (25), VVD (24)
Jongerenstemmen: 1. PVV · 2. GroenLinks–PvdA · 3. VVD; daarnaast grote groei voor Denk (NOS op 3, Pointer)
Coalitie: PVV + VVD + NSC + BBB (Schoof I)
Duur: 2024-2025 (nog geen jaar)
Einde: juni 2025 – PVV stapte uit de coalitie vanwege onvrede over asielbeleid, kabinet-Schoof viel
Politieke activiteit
Er zijn momenteel volop politieke thema’s die Nederlandse jongeren raken. We zien ook dat jongeren steeds vaker hun stem laten horen tijdens demonstraties en andere protesten: tegen de woningnood, klimaatverandering of de situatie in Gaza. Het CBS constateerde een jaar geleden dat meer jongeren politiek actief zijn: maar liefst 44% had tussen 2020 en 2023 meegedaan aan politieke acties. In de jaren 2012-2019 was dit 38%.
Vertrouwen in de politiek
Dan is ook een interessante vraag of jongeren het gevoel hebben dat hun stem uitbrengen zin heeft. Dit wordt mede beïnvloed door hun vertrouwen in politiek en instituties. Over het algemeen geldt: hoe meer vertrouwen, hoe groter de kans dat jongeren stemmen. Maar dat beeld is niet zwart-wit. Juist partijen die zich afzetten tegen “de gevestigde orde” weten wantrouwige kiezers vaak wél naar de stembus te trekken (KIS). Wantrouwen kan dus leiden tot afhaken, maar óók tot een bewuste proteststem op partijen die behendig op dat wantrouwen inspelen.
De afgelopen jaren maakten diverse onderzoeken (o.a. van NJI, SCP) duidelijk dat het vertrouwen in de politiek onder jongeren relatief laag is.
En met toekomstige kiezers ziet het er niet beter uit. Unicef publiceerde half september onderzoek onder 10- tot 17-jarigen waarin de politiek een schamele 4,4 scoorde (op een schaal van 1 tot 10). Ruim vier op de tien jongeren (43 procent) vindt dat politici zich slecht gedragen: ze maken veel ruzie en gedragen zich kinderachtig. Ook hebben jongeren het gevoel dat politici meer gefocust zijn op hun eigen belangen, dan op het oplossen van problemen voor het land. Daarnaast vindt de helft (50%) het moeilijk om te beoordelen hoe politici zich gedragen en is slechts 8% van mening dat politici zich wel goed gedragen.
Kinderen en jongeren zijn niet de enigen die weinig vertrouwen hebben. Volgens het recente Prinsjesdagonderzoek 2025 van Ipsos heeft nog maar 29% van de Nederlanders vertrouwen in de landelijke politiek – het laagste niveau sinds 2019. En ook onder jongeren is dat vertrouwen laag: slechts 34% van de 15- tot 25-jarigen vertrouwt de Tweede Kamer en 31% vertrouwt politici (NJi, 2025). Dat dit lage vertrouwen al zo jong zichtbaar is, maakt de bevindingen tegelijk extra zorgwekkend.
Uitgesprokener stemgedrag en populisme
Wat weten we over waar jongeren op stemmen? Jongeren stemmen sowieso minder uit gewoonte. Logisch, ze kleuren voor de eerste of tweede keer een vakje rood in het stemlokaal.
Analyses van het stemgedrag laten bovendien zien dat jongeren minder op middenpartijen stemmen en meer op uitgesprokener partijen, links en rechts van het spectrum. In 2023 ging hun stem bovengemiddeld vaak naar GroenLinks-PvdA, D66, Denk en PVV, terwijl de VVD en NSC minder populair waren (NOS op 3).
Partijen met een uitgesprokener profiel weten jongeren vaker aan zich te binden. Uit onderzoek van NOS op 3 in 2023 bleek dat als alleen jongeren hadden gestemd, Denk van drie naar negen zetels zou zijn gegaan. Ook de PVV kreeg bovengemiddeld veel steun van jonge kiezers, terwijl de VVD en NSC juist lager scoorden (NOS op 3).
Volgens Ipsos komt dat omdat jongeren zich direct aangesproken voelen door partijen die aanwezig zijn op sociale media en die hun zorgen direct benoemen: woningnood, ongelijkheid, koopkracht, migratie en internationale kwesties als Gaza en Oekraïne (Ipsos Publiek). Ook Pointer constateerde eerder dat partijen die opvallend uitgesproken zijn op thema’s die jongeren direct raken én actief zijn op media die jongeren gebruiken, bovengemiddeld populair zijn bij jongeren (Pointer). Interessant in dit licht is deze podcast van BNR uit 2024, waarin belicht wordt hoe het relatief kleine Forum voor Democratie op TikTok verreweg de meeste volgers heeft onder jongeren.
Jongeren zijn in hun politieke ideeënvorming gevoeliger voor ongenuanceerde, populistische boodschappen. Vaak niet vanwege een diepliggende overtuiging (die is nog in ontwikkeling), maar vanwege hun levensfase. Hun wereldbeeld is volop in ontwikkeling en ze zijn sterk beïnvloedbaar door hun directe sociale omgeving en door dominante mediaverhalen.
Interessant is dan ook de vraag die Wessel Kok van Kennisland in dit interview opwerpt: ‘Als jongeren populistisch stemmen, dan zijn ze toch deelnemer aan het democratisch proces? Dat moeten we dan toch niet verwerpen maar juist toejuichen, wat ze ook stemmen?’ Om zelf vervolgens te benoemen dat het positief is als politieke partijen de echte thema’s en behoeftes uit de samenleving weten bloot te leggen en mensen zich gehoord laten voelen, maar dat het probleem is dat diverse populisten sterke antidemocratische kenmerken vertonen.
Hier wreekt zich ook dat kennis van ons democratische en politieke systeem bij Nederlandse jongeren vaak beperkt is, waardoor eenvoudige of emotionele boodschappen sneller aanslaan. Zie hier onderzoek van de UvA uit 2023 dat laat zien dat jongeren in vergelijking met leeftijdgenoten in de ons omringende landen weinig weten over de democratie en de rechtsstaat.
Deze gebrekkige kennis van democratische beginselen maakt jongeren eerder vatbaar voor populisme en polarisatie, zeker online waar vele stromingen en groeperingen om hun aandacht vragen. Dat dit tot extremen kan leiden, blijkt wel uit de waarschuwing die de Nationale Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) deze zomer afgaf: ‘De snelheid waarmee tieners en jongvolwassenen in zowel jihadistische als rechts-terroristische milieus online radicaliseren, geeft reden tot zorg.”
Invloed van ouders en thuis
En wat is eigenlijk de invloed van ouders op het stemgedrag van hun kinderen? Die is groot, blijkt uit onderzoek. Wie van huis uit meekrijgt dat stemmen belangrijk is, heeft een grotere kans om zelf ook te gaan stemmen. Andersom geldt: jongeren van ouders die weinig vertrouwen hebben in de politiek, stemmen vaak zelf ook minder.
Ook in stemvoorkeur is er een relatie tussen kinderen en hun ouders. UvA-onderzoeker Linet Durmuşoğlu benadrukt in een recent proefschrift dat dit tweerichtingsverkeer is: ouders beïnvloeden hun kinderen, én vice versa: kinderen beïnvloeden ook weer hun ouders (UvA, 2025).
In onderstaande video van de UvA brengt Durmuşoğlu nog een argument in voor meer aandacht voor burgerschap en democratie in het onderwijs: deze kennis kan ook de ouders van deze leerlingen weer bereiken.
Vooruitblik 2025: hoge opkomst of nieuw dieptepunt?
De vraag is nu natuurlijk: gaan jongeren in 2025 opnieuw massaal naar de stembus, of glijden we terug naar lagere opkomstcijfers? En… wat gaan ze stemmen?
Pointer vroeg jongeren op straat of ze het al weten:
Onderzoek laat zien dat jongeren vooral stemmen op basis van thema’s die hun dagelijks leven direct raken. Uit verschillende onderzoeken en peilingen blijkt dat de prioriteiten anno 2025 als volgt liggen:
Topprioriteiten in stemkeuze ( Ipsos)
- Woningnood – voor jongeren hét issue. Het gebrek aan betaalbare woningen bepaalt in hoge mate hun politieke keuzes.
- Geldzorgen en koopkracht – stijgende kosten voor wonen, studie en boodschappen maken financiële zekerheid cruciaal.
- Klimaat – blijft belangrijk, maar speelt bij stemkeuze minder dominante rol dan in 2021.
- Veiligheid – hoe veilig voelen mensen zich in Nederland, zowel buitenlandse dreigingen (oorlog en conflict) als binnenlandse kwesties (criminaliteit).
Andere maatschappelijke zorgen
- Armoede en kansenongelijkheid – jongeren noemen dit structureel als zorgpunt.
- Pesten – speelt vooral bij jongere jongeren (10–17 jaar), maar beïnvloedt hun bredere beeld van politiek en samenleving .
- Asiel en migratie – vooral rechtse partijen zetten dit sterk op de agenda. Jongeren nemen het mee in hun beeldvorming, ook al staat het lager op hun eigen prioriteitenlijst (SCP).
- Internationale politiek – zowel de oorlog in Oekraïne als de situatie in Gaza bepaalt hoe jongeren kijken naar veiligheid, solidariteit en buitenlandse politiek.
Waarom een hoge opkomst mogelijk is
- Urgentie genoeg: diverse thema’s raken jongeren direct.
- Meer jongeren-targeting door campagnes: partijen richten zich nadrukkelijker op TikTok, Instagram en podcasts (NPO Radio 1).
Waarom het tegen kan vallen
- Vertrouwen in politiek is fors gedaald na affaires en crises (SCP, NJI).
- Teleurstelling na 2021 en 2023: jongeren zagen weinig terug van beloften over o.a. wonen en klimaat.
Over een maand weten we meer. We gaan het met veel belangstelling volgen!
Wil je nog dieper in dit onderwerp duiken? Hierbij wat kijktips!
- Pointer organiseerde 30 september jl. een verkiezingsdebat over de stem van jongeren, vanuit de vraag: zijn onze jongeren de eerste generatie die het slechter krijgt dan hun ouders? Deze kun je terugkijken via NPO start (zie fragment hieronder).
- De instagramserie genaamd Gen Zwevend van Annemarie Lekkerkerker (zie promo hieronder).
- Door de EO en CHE werd ook een debat georganiseerd voor studenten (volledige aflevering hieronder).
Meer over jongeren?
Al sinds 1999 werkt Youngworks met een team van onderzoekers, adviseurs en trainers; en met een uitgebreid netwerk, van wetenschappers tot designers aan verschillende vraagstukken rondom jongeren (en hun toekomst). We schrijven regelmatig blogs en longreads, bekijk hier onze blogs. Ook is onze kennis gebundeld in verschillende boeken en (online) trainingen.
Wil jij je met collega’s verdiepen in jongeren? Neem dan zeker contact met ons op.
